Omzetbelasting
Ook wel: belasting toegevoegde waarde (BTW) of value-added tax (VAT)
Omzetbelasting of BTW is een indirecte belasting die wordt geheven op de levering van producten en diensten. Doordat deze belasting op aankopen verschuldigd is door consumenten en niet-BTW-plichtige instellingen is het in feite een belasting op consumptie.
De daadwerkelijke afdracht aan de overheid vindt plaats door de leveranciers en producenten. Deze mogen hierbij de over hun omzet af te dragen BTW verrekenen met de omzetbelasting die zij hebben betaald aan hun toeleveranciers.
Vanuit het perspectief van de klant is het een belasting over het aankoopbedrag. Vanuit het perspectief van fabrikanten, distributeurs en verkopers is omzetbelasting een heffing op de waarde die door hen wordt toegevoegd binnen de bedrijfskolom.
Omzetbelasting wordt in 136 landen geheven, waaronder vrijwel alle landen in Europa. De Nederlandse Wet op de Omzetbelasting werd ingevoerd in 1969.
BTW-hoog en BTW-laag
In veel landen, waaronder Nederland, wordt voor de omzetbelasting gewerkt met twee verschillende percentages. Het BTW-bedrag is dan mede afhankelijk van het soort product of dienst.
Het hoge tarief in Nederland bedraagt momenteel 21%, het lage tarief 6%. Het lage tarief wordt voornamelijk geheven op primaire levensbehoeftes zoals levensmiddelen, maar ook op boeken. Onder het hoge tarief vallen in principe alle andere producten en diensten.
De richtlijnen voor het lage BTW-tarief leiden soms tot bijzondere verschillen. Doordat konijnen worden gegeten, geldt voor konijnenvoer het lage BTW-tarief. Omdat bijvoorbeeld cavia’s geen deel uitmaken van onze voedselketen moet voor caviavoer echter het hoge BTW-percentage worden gehanteerd.
Bepaalde producten en diensten zijn vrijgesteld van omzetbelasting. Hieronder vallen onder meer onderwijs, medicijnen en verhuur van onroerend goed.
Wat is BTW-verlegd?
Omzetbelasting dient vrijwel altijd betaald te worden in het land waar de producten of diensten worden geleverd. Bij levering aan een ander Europees land wordt aan de afnemer geen BTW in rekening gebracht. Op de factuur wordt met de term ‘btw verlegd’ aangegeven dat de klant zelf in zijn eigen land verantwoordelijk is voor de afdracht van de omzetbelasting.
Bij levering van producten buiten Europa is dit principe afhankelijk van de belastingwetgeving in het betreffende land. Wanner producten en/of diensten in Nederland worden afgenomen vanuit het buitenland geldt het omgekeerde: je dient als afnemer zelf de BTW aan te geven bij de fiscus.